a a

Achtergronden

Dit hoofdstuk geeft u achtergrondinformatie bij Smith-Lemli-Opitz syndroom. Hoe vaak komt het voor? Hoe ontstaat het? En wat is bekend over het toekomstperspectief: het beloop, de prognose en de levensverwachting?

Epidemiologie

Smith-Lemli-Opitz syndroom is vrij zeldzaam. In Nederland worden elk jaar 2 à 3 kinderen met SLOS geboren. De ziekte komt in Europese bevolkingsgroepen (vooral in Noord en Oost Europa) voor bij ongeveer 1 op de 20.000 tot 1 op de 80.000 nieuwgeboren kinderen per jaar. Dragerschap komt bij mensen van Aziatische en Afrikaanse afkomst minder vaak voor.

SLOS komt even vaak bij jongens als bij meisjes voor, maar de diagnose wordt vaker bij jongens herkend (door de afwijkingen aan de uitwendige genitalia).

Er zijn minder kinderen met SLOS dan te verwachten is op grond van dragerschap. De verklaringen hiervoor, zijn miskramen en het niet herkend worden van de diagnose SLOS.

Huisartsen zullen weinig mensen met SLOS in hun praktijk of zelfs carrière tegen komen. Het is daarom begrijpelijk dat huisartsen geen parate kennis over het SLOS hebben.

AVG's (artsen voor verstandelijk gehandicapten) zullen daarentegen relatief meer mensen met dit syndroom tegen komen.

Etiologie en genetica

Smith-Lemli-Opitz syndroom is een stofwisselingsziekte die wordt veroorzaakt door een afwijking in de cholesterolstofwisseling ten gevolge van een mutatie in het DHCR7-gen.

Het gevolg van het gendefect is een tekort van het enzym 7-dehydrocholesterolreductase, waardoor er een blokkade van de cholesterolsynthese ontstaat. Hierdoor ontstaat:

  • een teveel aan cholesterolvoorlopers (7-DHC en 8-DHC)
  • een te laag cholesterol

Dit heeft multipele aangeboren afwijkingen tot gevolg. Cholesterol is een bouwsteen voor gal en hormonen (cortisol, geslachtshormonen) en speelt een rol in de ontwikkeling van organen van het embryo en het centrale zenuwstelsel (o.a. bij myelinisatie en hersenontwikkeling). Hoe lager de waardes van het cholesterol en hoe hoger de waardes van de voorlopers van cholesterol (voor en na de geboorte), hoe ernstiger de gevolgen.

SLOS erft autosomaal recessief over. Meestal is iemand met SLOS heterozygoot voor twee verschillende mutaties, tenzij er sprake is van consanguïniteit.

Er is een variabele expressie, waardoor er grote verschillen zijn in de ernst van de aandoening, ook binnen families.

Omdat beide ouders van een kind met SLOS drager zijn van een afwijkend DHCR7-gen, is de herhalingskans bij elke volgende zwangerschap 25%. De kans dat een volgend kind drager is, is 50%. Broers en zussen van ouders die drager zijn, hebben ieder 50% kans om ook drager te zijn. Ook andere familieleden hebben een verhoogde kans op dragerschap.

Lees hierover meer bij Erfelijkheidsvoorlichting.

Beloop en prognose

Hoe iemand met SLOS zich ontwikkelt en hoe ernstig de gezondheidsproblemen zijn, is per persoon verschillend.

Bij de ernstige vorm overlijden de kinderen met erg lage serumcholesterolwaarden gedurende de eerste levensdagen/weken (en een deel in het eerste levensjaar). Mogelijke doodsoorzaken van pasgeborenen zijn: ernstige afwijkingen aan hart, longen, nieren, darmen, pneumonie, leverfalen, multi-orgaan falen.

Er zijn onvoldoende gegevens bekend om de levensverwachting te kunnen weergeven. De prognose zal worden beïnvloed door de ernst van de afwijkingen, de leeftijd waarop de diagnose wordt gesteld en de mogelijkheid om te behandelen. Het lijkt aannemelijk dat de levensverwachting, wanneer er geen ernstige afwijkingen zijn, niet verschilt van die van individuen met cognitieve beperkingen in het algemeen.

De heel milde vorm (waarbij gedragsproblemen en problemen met leren voorkomen) wordt niet of nauwelijks herkend.

Naast de chronische gezondheidsproblemen die mensen met SLOS kunnen hebben, heeft de aandoening, afhankelijk van de ernst van de cognitieve beperking, ook gevolgen voor schoolkeuze, wonen, dagbesteding en werk.

De mate van verstandelijke beperking is verschillend. De meeste kinderen hebben een achterstand in de spraakontwikkeling en houden grote problemen met spreken. Sommige kinderen kunnen nooit praten. Ook kan er een achterstand in de motorische ontwikkeling zijn. Een klein deel van de kinderen met SLOS zal nooit leren lopen en heeft een rolstoel nodig om zich te verplaatsen. 

Er is geen behandeling om de oorzaak of de handicap weg te nemen. Wel kan een behandeling positief effect hebben op lichamelijke complicaties, ontwikkeling, gedrag en de mortaliteit verminderen.

Wist u dat...... Smith-Lemli-Opitz syndroom een zeldzame aandoening is? Volgens de definitie vallen aandoeningen met een prevalentie van minder dan 1 op de 2.000 mensen onder de categorie 'zeldzame aandoeningen'.

 Inhoud